De nieuwste mainstream complottheorie: Putin heeft Prigozjin laten vermoorden
Je las het de voorbije weken in mainstream kranten en kanalen die zich graag ‘kwaliteitsmedia’ noemen: het is erg aannemelijk dat president Putin achter de dood van Jevgeni Prigozjin zit. Een dergelijke veronderstelling is in alle opzichten een complottheorie.
De mainstream media brengen overigens regelmatig complottheorieën. De Chinese vrouw die beweerde dat het coronavirus uit een lab ontsnapte zou in het geheim voor Steve Bannon werken, Putin zou eigenlijk Trumps verkiezingscampagne gefinancierd hebben, de Russen die achter de grootschalige verspreiding van fake news zitten,... Het zijn allemaal voorbeelden van mainstream complottheorieën.
Sommige van die theorieën zullen min of meer juist zijn. Maar er zijn mainstream complottheorieën die overduidelijk verkeerd waren én waarbij de verspreiding ervan enorme schade en menselijk leed heeft aangericht. Denk bijvoorbeeld maar aan de theorie dat Sadam Hoessein in het geheim massavernietigingswapens maakte. Dat creëerde een draagvlak voor de Tweede Golfoorlog, een oorlog die alleen maar ellende en miserie heeft voortgebracht.
Het interessante is dit: als een complottheorie door de mainstream media verspreid wordt, dan wordt ze nooit als dusdanig erkend. Daarentegen: als een theorie of verhaal ingaat tegen de mainstream media, dan wordt ze zeer snel – veel té snel – een complottheorie genoemd. Zowat élk verhaal dat ingaat tegen het mainstream verhaal krijgt tegenwoordig die stempel opgeplakt. Elke kritiek op het coronabeleid, elke ideologische kritiek op het klimaatdiscours, elke kritische analyse van de structuur van globalistische instituten en hun propagandacampagnes, enzovoort – wie er zich aan waagt, riskeert heel snel naar de hoek van de complotdenkers verwezen te worden.
Die kwalificatie van kritische analyses als complottheorie wordt stelselmatig als een stigma gebruikt, ook als de theorie onbetwistbaar feitelijk juist is. Er zijn inderdaad nogal wat mainstream-kritische complottheorieën die weinig steek houden, maar er zijn er ook nogal wat die wél steek houden. Dat de WHO en de Bill en Melinda Gates Foundation een grote pandemie-simulatie uitvoerden in het jaar voor de coronacrisis waarin het ganse scenario dat zich het jaar daarop ontvouwde al eens geoefend werd, is onloochenbaar juist. Je kan die oefening namelijk nog altijd gewoon op het internet terugvinden, netjes op de websites van de genoemde instituten, onder de titel Event 201. Net zozeer is het onloochenbaar juist dat er door de directeur van het World Economic Forum een boek geschreven werd met als titel The Great Reset. Dat het befaamde ‘event 201’ en de al even befaamde ‘Great Reset’ soms tot nogal verregaande gedachtenconstructies aanleiding geven is zeker, maar dat iedereen die het in kritische zin onder de aandacht brengt ten onrechte als complotdenker monddood wordt gemaakt, is óók zeker.
Het is terecht dat er een bepaalde terughoudendheid is ten aanzien van complottheorieën. Ze speelden zonder twijfel een kwalijke rol bij de opkomst van de grote totalitaire regimes van het begin van de twintigste eeuw. De moeder van alle complottheorieën is de ‘Protocollen van de wijzen van Sion’. Dit schrijfsel komt er in het kort op neer dat er een soort Joodse geheime wereldregering is die de nationale regeringen stuurde en in haar greep had. De fictieve oorsprong ervan staat ondertussen buiten kijf. De protocollen zijn gebaseerd op een tekst die in 1864 door de Franse advocaat Maurice Joly werd gepubliceerd onder de titel Dialoog in de hel tussen Montesquie, Napoleon III en Machiavelli, een soort strijdschrift waarin de auteur de machtshonger van Napoleon III hekelde. De tekst werd eind negentiende eeuw bewerkt en vervormd door de Russische geheime dienst Ochrana om het antisemitisme in Rusland aan te wakkeren. Men behield daarbij ongeveer de helft van de originele tekst, voegde er links en rechts een paar paragrafen aan toe en verving ‘Frankrijk’ consequent door ‘wereld’ en ‘Napoleon III’ door ‘Joden’. Op die manier bricoleerde men een tekst waarin Theodor Herzl – de grondlegger van het Zionisme – aan het hoofd stond van een Joodse samenzwering die wereldheerschappij ambieerde. Zowel in Rusland en Duitsland werd dit fabricaat in de eerste helft van de twintigste eeuw heel succesvol gebruikt om anti-Joodse sentimenten aan te wakkeren. Net zoals de mainstream complottheorie dat Sadam Hoessein massavernietigingswapens ontwikkelde, zijn de protocollen dus een verzinsel - een verzinsel dat rechtstreeks en onrechtstreeks tot een onoverzienbare berg menselijke ellende leidde.
Complottheorieën beantwoorden aan de voor velen onweerstaanbare drang om de complexiteit van de menselijke existentie en de menselijke verhoudingen tot simplistische eenvoud te herleiden. Al het kwaad wordt in één object gelokaliseerd – een kwaadaardige elite, een kwaadaardige dictator, … - en vervolgens wordt alle angst, frustratie en agressie op dit ene object gericht. De complottheorie vormt zo een geprivilegieerde psychologische aanleiding om een blinde, fanatieke massa te vormen die alle problematische, donkere menselijke sentimenten de vrije loop laat.
Hoe terecht de terughoudendheid ten aanzien van complottheorieën in zeker opzicht ook is, het neemt niet weg: er bestaan wel degelijk complotten. En ze radicaal miskennen kan ook tot veel leed en ellende aanleiding geven. De nazi’s zijn wel degelijk onder andere via een reeks complotten aan de macht gekomen. Denk maar aan de door henzelf aangestoken brand in de Reichstag die gebruikt werd als voorwendsel om de ‘communisten’ en andere tegenstanders van hun regime uit te schakelen. Had de bevolking willen zien dat er een complot aan de gang was, dan had dit niet kunnen gebeuren. Dat is maar één historisch voorbeeld van de kwalijke gevolgen van het ontkennen van complotten.
Belangrijker vandaag de dag is dat de kwalificatie als complottheorie overduidelijk één van de stigma’s is geworden waarmee het mainstream verhaal – zelf dus ijverig producent van meestal niet als dusdanig erkende complottheorieën – zich tegen elke vorm van (terechte) kritiek beschermt. Dergelijke stigma’s verhinderen dat cruciale vragen – genre ‘Wat is het aandeel van Amerika en Europa in het conflict in Oekraïne?’, ‘Wat zijn nu eigenlijk de kosten en baten van de covid-vaccinatiecampagnes?’, ‘Zijn digitale paspoorten en Central Bank Digital Coins een reuzenstap in de richting van technocratisch totalitarisme?’, enzovoort – echt kunnen gesteld worden in de publieke ruimte. Zolang dit niet kan, zullen complottheorieën welig tieren, zowel in de alternatieve als de mainstream media.